Ulan Beetle

Dag 30: Kamperen op de Snelweg

Wendie heeft niet zo’n goede nacht, ze wordt midden in de nacht wakker met duidelijk een verkeerde bacterie in haar systeem. Van de Britten krijgt ze een potje met probiotica (de goede darmbacterien) maar ze blijft wat wiebelig de hele dag. Arne is vroeg opgestaan om de wiellagers nog een keer aan te draaien en wat regulier onderhoud te plegen. Het reservewiel dat we er gisteren op hebben gezet blijkt bijna geen lucht meer in te zitten, dus wederom 10 euro voor het goede doel! Er zitten wat deuken in de velg die hier waarschijnlijk de oorzaak van zijn, dus even losgaan met de hamer en het is opgelost.

We hebben om 9 uur bij Joe afgesproken voor onze nieuwe band. Als we bij hem zijn vertelt hij dat de maandag in Mongolië altijd langzaam start dus dat we beter eerst benzine kunnen halen en boodschappen doen. Bij de boodschappen komen we een van de Duitse studenten tegen met een begeleidster. Of wij toevallig van plan zijn om morgen in Ulaanbaatar aan te komen en of ze mee kan rijden. We kijken haar even glazig aan en dan naar onze auto’s. Ulaanbaatar is nog 1000 km verder waarvan bijna de helft onverhard of zelfs offroad. De meid is door een hond gebeten – 2 dagen geleden – en heeft geen preventieve rabies inenting gehad. Ze is dus een beetje radeloos en we nemen haar mee naar Joe.

Gelukkig weet Joe haar te kalmeren door te zeggen dat er geen rabies is in dit deel van Mongolië en als de hond het wel zou hebben ze al een dag te laat is en dus al ziek zou zijn. Haar stress en radeloosheid doet me wel overwegen om volgende keer toch die rabies inentingen te halen. De Yaris en de Micra brengen haar samen met Joe en de begeleidster naar het ziekenhuis. De achterblijvers krijgen thee en meloen van de familie. De band wordt gebracht en als de andere auto’s terug zijn kunnen we verder.

De bekende wasbordwegen van Mongolië zijn zwaarder dan we ons hadden voorgesteld. Alles klappert aan de auto, de deuren maar ook de kast in de auto. Zodra een stuk weg mooi glad was, dan gaven we goed gas en kunnen we doorrijden. Halverwege komt een motorrijder recht op ons afrijden. Hij stopt en zegt ons letterlijk: “Pascal is waiting for you”. Ondanks dat de Britten (Ndanka Ndanka) op tijd terug moeten zijn nemen ze hun tijd en blijven met ons in konvooi. Om 7 uur maken we kamp een eindje van de hoofdweg af, samen met ons konvooi en Pascal de motorrijder die inderdaad een stukje verderop ons op stond te wachten.

Als we ‘s avonds aan een stevige pasta maaltijd en een wijntje zitten, zien we ineens aan de andere kant dan die waar de weg zou moeten zijn een auto voorbij rijden. Blijkbaar zitten we dus ergens midden tussen alle sporen met ons de tentjes, dus voor de zekerheid zetten we allemaal een disco-achtig noodlicht op onze auto’s zodat we goed zichtbaar zijn. De nacht is koud maar het is wel echt ontzettend vet om zo in de middle of nowhere in Mongolië met ons tentje te staan!