Bij de mooie camping in Budapest kregen we gewoon een ontbijtbuffet! Voor het ontbijt heeft Arne eerst de motorkap met speciale scharnieren open gezet zodat we extra koeling hebben. Dit ziet er bijzonder uit en zal voor de nodige opmerkingen zorgen. Gisteren heeft Wendie contact gehad met een keveronderdelen winkel in het centrum van Boedapest dus dat is ons doel vandaag. De winkel gaat om 10 uur open dus we kunnen een beetje rustig aan doen.
De winkel was goed te vinden en we reden er in één keer naartoe. We hadden geen Hongaars geld en konden de parkeermeter niet meteen vullen. Van de eigenaar van de winkel kregen we muntgeld, maar toen Wendie een kaartje had gekocht was het al te laat: de eerste bekeuring voor de Ulan Beetle. Een parkeerbon in Hongarije. Tussen het kaartje kopen en de bon zit meer dan 5 minuten dus we krijgen weinig kans dat het kwijtgescholden wordt. We konden ‘m ter plekke op het bureau betalen maar hadden net niet genoeg lokaal geld over van de onderdelen, dus dan niet joh! Met de zak vol onderdelen gingen we verder en onderweg hebben we onze eerste ‘wilde’ kevers gespot.
Vanwege de warmte en ondanks de extra koeling besloten we niet harder te gaan rijden dan 100 km/u. Vanwege al het oponthoud onderweg hebben we gekozen om de doorgaande weg naar Turkije te nemen via Servië en niet via Roemenië. Heel jammer van de prachtige weg bij Sibiu (Transfagarasan highway) dus die blijft nog even op de bucketlist staan.
Beiden waren we nog niet eerder in Servië geweest. Het noorden blijkt een dorre vlakte. Plat en droog. Vanaf de helft wordt het uitzicht beter, in Servië rijden wel meer oudere auto’s rond maar geen kevers. In het plaatsje Nis vinden we een prima hotel met parkeerplek en WiFi.
